
50 jaar Polo: de open Polo die nooit kwam
Al vijftig jaar bewijst de Volkswagen Polo dat compact en karaktervol prima samengaan. Van je eerste auto tot liefhebbersobject, van zuinig stadsmaatje tot onverwacht sportief – de Polo heeft vele kanten. Je ziet hem in elke straat, op elke oprit en in iedere parkeergarage. In deze serie zetten we de jarige Polo in de spotlights. De Polo Cabrio Concept haalde het productiestadium nooit, maar bewees wel dat de Polo altijd goed was voor een onverwachte wending.
In een halve eeuw Polo-historie verschenen er talloze varianten: driedeurs, vijfdeurs, sedan, station, crossover en zelfs een grijs kentekenversie. Wat ontbrak, was een cabriolet. Toch kwam die er bijna. Carrosseriebouwer Karmann liet op de IAA 2007 in Frankfurt zien dat een open Polo niet alleen mogelijk was, maar zelfs bijzonder overtuigend kon zijn. De Polo Cabrio Concept was gebaseerd op de vierde generatie Polo GTI (type 9N3), voorzien van de potente 1.8-liter turbomotor met 150 pk (110 kW). De auto werd door Karmann in Osnabrück verlengd met 130 mm en verbreed met 40 mm, niet alleen om plaats te bieden aan het dakmechanisme, maar ook om de proporties van een cabriolet beter tot hun recht te laten komen. De carrosserie kreeg aangepaste bumpers, een centraal geplaatste dubbele uitlaat en 17 inch OZ Michaelangelo velgen.
Staaltje vernuft
Het dak zelf was een staaltje vernuft. In plaats van een stalen constructie of een softtop koos het Duitse bedrijf onder de rook van Enchede voor een stoffen Z-vouwkap, gecombineerd met een volledig geïntegreerd glazen schuifdak. Hierdoor bleef het cabriogevoel behouden, ook als het weer een keer niet meewerkte. Vier zogeheten elektroluminescente panelen in de hemelbekleding zorgden voor subtiele, sfeervolle verlichting als het dak dicht was – een beetje zoals maanlicht in een open auto. Zo hield je ook bij regen of kou toch dat ‘open-gevoel’. Innovatief en stijlvol dus, zonder de nadelen van felle leds of ouderwetse lampjes. Een bijzonder detail was de elektrisch bedienbare achterruit, die met een druk op het VW-logo omhoog schoof en daarmee zowel extra ventilatie als toegang tot de bagageruimte bood. Die bagageruimte was verrassend ruim: 148 liter met open dak, en 304 liter met het dak gesloten – 34 liter meer dan de reguliere Polo GTI van dat moment. Dankzij de neerklapbare achterbank was het interieur multifunctioneel te gebruiken, iets wat zelden voorkomt in het cabriosegment.
COPS
Ook op het gebied van veiligheid liet Karmann zien dat het menens was. De Polo Cabrio Concept beschikte over het eigen ontwikkelde Cabrio Overhead Protection System - COPS voor de intimi: een constructie met modulaire rolbeugels die bescherming boden bij een koprol. Uniek was dat deze oplossing géén afbreuk deed aan de bruikbaarheid van de achterbank of de bagageruimte – anders dan bij veel andere compacte cabrio’s, waar verstevigingen vaak ten koste gaan van het interieurvolume.
Karmann ontwikkelde het model onder eigen vlag – een designstudie zonder opdracht of officiële betrokkenheid van Volkswagen. Toch was het geen vrijblijvend project. De timing was opvallend: nog datzelfde jaar pakten donkere wolken zich boven Osnabrück samen – extra slecht nieuws voor een cabrioletfabrikant. Karmann verkeerde financieel in zwaar weer en zocht nadrukkelijk naar nieuwe opdrachten.
Diepe wortels
De samenwerking tussen Volkswagen en Karmann had diepe wortels. Sinds 1949 bouwde Karmann de voormalige koetsjesfabrikant de beroemde Kever Cabriolet – een productie die tot 1980 voortduurde en meer dan 330.000 exemplaren opleverde. Daarna volgden iconen als de Karmann Ghia en VW-Porsche 914. Ook sportieve Volkswagens als de Scirocco I en II, Corrado en meerdere generaties Golf Cabriolet rolden er van de band. Karmann groeide uit tot dé specialist in cabriodaken, verantwoordelijk voor systemen in modellen als de New Beetle Cabriolet, Renault Mégane CC én de complexe inklapbare hardtop van de Volkswagen Eos.
Na het faillissement van Karmann in 2009 nam Volkswagen AG de fabriek over, inclusief machines, personeel en intellectuele eigendom. In 2011 heropende Volkswagen de fabriek als 'Volkswagen Osnabrück GmbH'. Sindsdien rolden er in Osnabrück vooral modellen uit de Volkswagen-stal van de band. Na de overname door Volkswagen kwamen onder meer de Golf Cabriolet (vanaf 2011), de innovatieve VW XL1 en tijdelijk ook de Porsche Cayman en Boxster uit Osnabrück. Hoewel insiders lange tijd hoopten dat de Polo Cabrio alsnog in productie zou gaan – mede dankzij de overname van de fabriek – bleef het model uiteindelijk steken in de conceptfase. De hoge ontwikkelkosten, gecombineerd met een afnemende markt voor compacte cabriolets, maakten een businesscase onhaalbaar. In plaats daarvan koos Volkswagen voor de herintroductie van de Golf Cabriolet op de nieuwe productielijn in Osnabrück.
Wat als?
De Polo Cabrio Concept is een zeldzame voetnoot in de geschiedenis van de Polo – maar wel een met glans. Een stijlvolle, doordachte en technisch innovatieve auto die aantoonde dat zelfs een compacte hatchback een zonaanbidder kon zijn. Hij kwam nooit in productie, maar gaf wel een fascinerend inkijkje in wat had kunnen zijn. En eerlijk is eerlijk: de Polo was zelden voorspelbaar – en dit concept was daar het bewijs van.
De informatie in dit nieuwsbericht was actueel op de datum van publicatie. Wijzigingen in modellen, uitvoeringen, prijzen, technische specificaties, afbeeldingen, of andere informatie zijn te allen tijde voorbehouden. Eventueel genoemde prijzen betreffen consumentenadviesprijzen. Het staat dealers en servicepartners vrij eigen verkoopprijzen en kortingen te hanteren. Aan de inhoud van dit nieuwsbericht kunnen geen rechten worden ontleend.



